Halfedelstenen-mineralen

Het ontstaan van edelstenen

Bijna alle edelstenen zijn mineralen. Edelstenen worden op diverse manieren gevormd. Ze worden gevormd in gesteente of in edelsteen houdende afzettingen welke zijn gevormd door één of meer mineralen. De stenen worden door geologen onderscheiden in 3 verschillende groepen.

Magmatische edelsteen:

Deze zijn ontstaan door het stollen van gesmolten gesteente. Bijvoorbeeld lava afkomstig uit diepe lagen van de aardkorst. Magma koelt zeer langzaam af bij het bereiken van het aardoppervlak. Onder invloed van de druk en veranderende temperatuur ontstaan kristallen. Deze kristallen worden massieve stenen. Dit proces kan miljoenen jaren duren. Deze kristallen vormen de uiteindelijke edelstenen. Een voorbeeld van magmatisch gesteente is bijvoorbeeld Peridoot.

 
Sedimentaire edelsteen:

Deze gesteenten zijn ontstaan bij verwering en erosie. Door ophoping en afzetting worden de kristallen gevormd. Opaal is een voorbeeld van deze edelsteen soort.

 

Metamorfe edelsteen:

Net als diamanten worden deze gevormd door temperatuur en druk onder het aardoppervlak. Hierbij wordt nieuw gesteente gevormd met daarin mineralen. Deze worden na miljoenen jaren omhoog gestuwd. Dit kan komen door bijvoorbeeld aardverschuivingen of tijdens het ontstaan van nieuw gebergte. Onder deze nieuwe stenen bevinden zich vaak ook edelstenen.

Hoe ontstaat de kleur van edelstenen

Het eerste wat opvalt bij het bekijken van een edelsteen is de kleur. Deze kleuren ontstaan door bijvoorbeeld insluitsels. Ook de aanwezigheid van metaal heeft invloed op de kleur van edelstenen. Deze metalen zijn chroom, titaan, kobalt, mangaan, ijzer en nikkel. Genoemde metalen absorberen diverse golflengtes van licht. Het licht wat overblijft en niet geabsorbeerd is, vormt de kleur die men waarneemt. Ook de afstand die het licht moet afleggen bij het door het kristal gaan is van invloed op de waargenomen kleur. Met deze absorptie van licht wordt bij het slijpen van edelstenen rekening gehouden. Hierdoor komt de kleur van de steen zo goed mogelijk over. Lichte edelstenen bijvoorbeeld worden vaak dikker geslepen. Door de langere weg die het licht moet afleggen wordt de kleur versterkt. Een dikkere edelsteen word hierom vaak dunner geslepen, het licht legt dan een kortere weg af.