
Een Afrikaanse stam doet het volgende. Als iemand iets kwetsend en fout doet, nemen ze de persoon naar het centrum van de stad, en de hele stam komt en omringt hem. Gedurende twee dagen zullen ze de man al het goede wat hij ooit heeft gedaan vertellen. De stam is van mening dat ieder mens in de wereld goed is. Ieder van ons verlangt veiligheid, liefde, vrede, geluk. Maar soms in het nastreven van die dingen maken mensen fouten. De gemeenschap ziet wandaden als een schreeuw om hulp. Zij scheppen een band samen in het belang van hun medemens om hem overeind houden, om hem opnieuw te verbinden met zijn ware natuur, om hem te herinneren aan wie hij werkelijk is, totdat hij zich volledig de waarheid herinnert waaruit hij tijdelijk zou zijn losgekoppeld: “Ik ben goed “.